De Maand van de Geschiedenis heeft als thema Wat een ramp! Kees Broekman – uit het Zuid-Hollandse De Lier – won in 1953 als eerste Nederlander het EK Schaatsen. Dat Nederland op datzelfde moment door de Watersnoodramp was getroffen, wist hij niet.
Tot in Indonesië toe verheugden Nederlandse sportliefhebbers zich in 1953 op het EK Schaatsen in Hamar, want voor de eerste keer leek het er op dat een landgenoot dit evenement zou winnen. Radio Nederland, dat uitzond op Sumatra, had hiervoor zelfs ruimte vrijgemaakt voor de zondagavond. Het weekend van 31 januari op 1 februari 1953 kon tenslotte wel eens memorabel worden. Lekker in de tropen luisteren naar hoe de Nederlanders het er bij het EK Schaatsen vanaf hebben gebracht – heerlijk toch?
Radiomaker Arie Kleijwegt was naar Hamar gestuurd om verslag te doen van het evenement. Aan het begin van dit weekend wist alleen niemand nog dat Kleijwegt inderdaad beroemd zou worden door zijn historische radioverslagen, maar dan wel over de Watersnoodramp, die op precies hetzelfde moment plaatsvond als het schaatstoernooi. Als vanzelfsprekend werd het sportnieuws meteen overschaduwd door de dramatische gebeurtenissen in het verdronken land.
Alle radioaandacht ging daarmee naar het rampgebied, waarvoor Kleijwegt uit Hamar werd gehaald. ‘Grote rampen als die van thans naderen omvoorbereid,’ schreef Hans Leerink in De Courant – Nieuws van den Dag over dit grote belang. ‘Juist dan toont de radio haar onschatbaar nut als middel voor snelle en onmiddellijke communicatie, onafhankelijk van materiële verbindingen, behalve van electrische stroom.’
Zo kan de geschiedenis raar lopen, want waar Kleijwegt zich eigenlijk had voorbereid op een schaatstoernooi stond hij opeens midden in het rampgebied, waar ruim 1.800 mensen de dood vonden. En dat terwijl er wel degelijk schaatsgeschiedenis werd geschreven in Hamar nadat Kees Broekman inderdaad als eerste Nederlander ooit een EK Schaatsen won. Maar op dat sportnieuws zat alleen even niemand meer te wachten – ook niet in Indonesië.
Vlag halfstok, of niet?
Op zondag was in Nederland overigens nog amper duidelijk hoe ernstig de situatie was, behalve dat er snel hulp geboden moest worden. Dat was echter altijd nog meer dan wat de schaatsploeg in Hamar wist, want alleen Jan Charisius was enigszins op de hoogte.
Deze schaatser zat toevallig net in het commentaarhokje van de radioverslaggevers toen daar de eerste berichten over de overstromingen binnenkwamen. Wie het besloten heeft is niet meer te achterhalen, maar de schaatsers werd niets verteld. Het zou hun prestaties negatief kunnen beïnvloeden.
Het leverde een wereldvreemde situatie op, want toen in Hamar de Nederlandse vlag wapperde om de Europese titel van Broekman te vieren, wist de kampioen niet dat zijn land was getroffen door één van de grootste rampen in onze geschiedenis. Een ramp in eigen land is blijkbaar niet goed voor de concentratie…
De Telegraaf vatte deze bizarre situatie in enkele zinnen samen: ‘Terwijl de dijken braken en de stormvloed zich een weg baande over de onbeschermde polders, reden in Hamar, onbekend met alles wat zich afspeelde, onze schaatsfavorieten om de Europese titel. Terwijl hier de driekleur halfstok ging steeg daar de vlag in de hoogste mast.’
Geen benefiet
Enkele dagen later, toen het voor iedereen duidelijk was door welke verschrikkelijke ramp ons land was getroffen, wilden de Nederlandse schaatsers, die nog steeds in Noorwegen waren, het goed maken door het rijden van benefietwedstrijden. De Noorse schaatsbond liet zich hierbij niet van de meest nobele kant zien, want die weigerde medewerking omdat zo’n wedstrijd even niet schikte met de kalender.
De ijsclub van Sandefjord, zo’n 250 kilometer ten zuiden van Hamar, nam daarop meteen contact op met de Nederlandse schaatsers om die dan maar bij hun te organiseren. En zo geschiedde het dat Broekman op 6 februari, nog geen week na het EK Schaatsen en De Ramp, opnieuw op het Noorse ijs stond. Met overmacht won de kersverse Europese kampioen de 5000 meter.
Radio Nederland besteedde er de volgende dag geen aandacht aan, net zo min als Arie Kleijwegt. Maar er ging wel geld naar het Rampenfonds en dat was op dat moment het enige wat telde.
Bron: https://sportgeschiedenis.nl/schaatsen/nederlandse-schaatsers-mochten-niets-weten-watersnoodramp